Dag Stefaan, wat een narratief!

Overschot van gelijk.

Ik las in uw post hoe u het Nederlandse beroepsonderwijs een nieuw verhaal wilt geven. Een verhaal dat niet meer vertrekt vanuit tekort en stigma, maar vanuit trots en noodzaak. En ik dacht: laat dat nu ook precies de vraag zijn die we in Vlaanderen veel te lang hebben uitgesteld.

Want laten we eerlijk zijn: het technisch en beroepsonderwijs in Vlaanderen wordt nog altijd bekeken door de bril van een verouderd schema. Wie “kan studeren”, gaat naar de doorstroomrichtingen ( ASO ). Wie dat niet kan, mag “maar” de dubbele finaliteit ( TSO ) of arbeidsfinaliteit ( BSO ) doen. En daar begint de miserie al: als je een heel onderwijssysteem organiseert rond een hiërarchie van waardering, dan krijg je vanzelf een instroomprobleem in die richtingen die “minderwaardig” heten.

Intussen staan we ernaar te kijken alsof het ons verbaast: tekorten in techniek, IT, zorg, bouw, logistiek. Bedrijven die roepen om bekwame mensen. Scholen die geen leraren meer vinden in STEM-vakken. En beleidsnota’s die vooral met veel woorden omschrijven hoe erg het allemaal is.

Maar niemand lijkt het hardop te durven zeggen: zonder technici, zonder vakmensen, zonder informatici die weten hoe systemen werken, zonder installateurs, programmeurs, lassers, verzorgenden, elektriciens… valt dit hele kaartenhuis van een samenleving gewoon om.


Van achterdeur naar voordeur

In uw post schetst u vier “wat-als”-vragen voor het Nederlandse MBO. Ik herken daar veel in, en ik vertaal ze graag naar ons Vlaamse landschap.

  • Wat als we techniek niet langer als een achterdeur zien, maar als de voordeur naar de toekomst?
    Niet: “jammer dat je niet kon doorstromen”. Wel: “proficiat dat je kiest voor het fundament van onze samenleving”.
  • Wat als we het onderwijs modulair durven organiseren, écht levenslang?
    Geen rigide schoolcarrière meer, maar flexibele trajecten waar mensen op elk moment kunnen instappen, bijleren en omscholen. Informatica en technologie zijn per definitie evoluerend; waarom ons onderwijs niet?
  • Wat als we de muur tussen school en werkvloer afbreken?
    Laat ons stoppen met het fictieve onderscheid tussen “leren” en “werken”. Jongeren leren net het meest wanneer ze iets échts doen: een systeem installeren, een netwerk beveiligen, een machine afstellen, een patiënt verzorgen. Soms denk ik weemoedig terug aan de tijd dat we leerden werken en als werkend leerden.
  • Wat als we zelfredzaamheid en ondernemerschap tot kerncompetenties maken?
    Niet alleen “klaarstomen voor een beroep”, maar jongeren ook laten ontdekken hoe ze zichzelf kunnen redden in een wereld die constant verandert. Weg met de pampers en uitschuiven over de eigen missers mag ( niet misselijkmakend zijn )

Dat zijn geen verre dromen. De kiemen liggen er al. Makerspaces in scholen, duaal leren, ondernemingsprojecten, digitale labs… Maar het probleem is dat ze nu eilandjes blijven. Enthousiaste leerkrachten trekken het, en als zij uitvallen, verdwijnt het weer.


Waar zit het echte probleem?

Het probleem is niet de kwaliteit van het technisch onderwijs. Het probleem is het verhaal dat wij onszelf vertellen. Het oude narratief is zo diep ingesleten dat ouders, leerlingen én leerkrachten er moeilijk uit raken: “Wie slim is, moet naar de universiteit. De rest mag zich met techniek bezighouden.”

Dat narratief is schadelijk. Voor jongeren, die zich minderwaardig gaan voelen. Voor scholen, die altijd moeten uitleggen waarom hun richting ook waardevol is. En voor de samenleving, die intussen snakt naar mensen met precies die competenties.

Daarom is uw pleidooi zo belangrijk, Stefaan. Het gaat niet om nieuwe vakken of structuren alleen. Het gaat om een ander verhaal.


Vlaanderen heeft lef nodig

En dus stel ik de vraag aan mezelf, aan mijn collega’s, aan beleidsmakers: hebben wij in Vlaanderen het lef om dit verhaal om te draaien?

  • Om onze jongeren te zeggen dat wie techniek kiest, niet “te weinig punten” had, maar genoeg lef?
  • Om ouders te overtuigen dat hun kinderen geen omweg maken, maar een hoofdweg nemen?
  • Om eindelijk te erkennen dat universiteiten en hogescholen zonder sterke technische onderbouw in het middelbaar luchtkastelen blijven?

Het technisch onderwijs hoeft geen “plan B” te zijn. Het is plan A, B én C tegelijk: zonder technisch onderwijs geen energietransitie, geen digitale veiligheid, geen zorg die overeind blijft.


Mijn slotvraag

Dus ja, Stefaan, u heeft overschot van gelijk. Uw vragen voor Nederland zijn ook onze vragen in Vlaanderen.

De hamvraag is alleen: durven wij dit nieuwe verhaal luidop te vertellen, zonder schroom, zonder halfslachtig verpakken, zonder die eeuwige reflex van “ja, maar…”.

Of blijven we vasthangen in het oude verhaal, tot het kaartenhuis echt instort?

Plaats een reactie